Springvinger

In de hand lopen zeer veel pezen. Per vinger zijn er 2 pezen die uit de arm komen om zo de vinger te kunnen buigen: een oppervlakkige buigpees en een diepe buigpees. De duim heeft er zo maar één. Deze pezen lopen in scheden (de flexorscheden). 

Ter hoogte van de vingers wordt deze schede verstevigd door een systeem van fibreuze banden, die de pezen dicht tegen het bot aanhouden (pulley’s). Zo zijn er een 8-tal per vinger (3 voor de duim). Deze pulley’s zorgen ervoor dat als een pees wordt aangespannen om een vinger te buigen, de pezen toch strak tegen het bot blijven liggen. Mochten deze pulley’s afwezig zijn, zou bij het buigen van de vinger de pees als de koord van een boog gespannen worden over de gebogen vinger. Daardoor neemt de buigkracht af van de pees. 

Dit is een delicaat systeem waar er nu en dan iets in misgaat. Er is maar net genoeg plaats voor de pezen onder de pulleys, en door een overbelasting kan het soms gebeuren dat de pees en zijn schede ontstoken geraakt. Daardoor zwelt de pees en maakt deze een knobbel. Deze knobbel geraakt moeilijker door de pulley.

Eerst treedt er een krakend gevoel op. Nadien kan de vinger bij buigen of strekken even blijven hangen, waarna de verdikking toch voorbij de pulley schiet. Dit is een typische springvinger (Engels: triggerfinger). 

Doorgaans zijn de klachten ’s morgens het grootst en worden ze beter tijdens de dag. Sommige mensen beschrijven veel pijn, anderen hebben er weinig klachten van. Als het een lang bestaand probleem is, kan een springvinger ook blokkeren. Daarbij blijft de vinger in geblokkeerde stand staan (meestal in buigstand omdat de kracht van de buigpezen groter is dan die van de strekpezen).

In eerste instantie kunnen we dit behandelen met een spuitje (infiltratie) met een cortisonepreparaat. Dit zorgt ervoor dat de lokale ontsteking en zwelling afneemt, waardoor de pees weer vlot kan verglijden. Soms is dit een definitieve oplossing, maar meestal komen de klachten na verloop van tijd terug.

Bij ernstige gevallen of als de klachten terugkomen na een spuitje, stellen we meestal een operatie voor om het probleem op te lossen. Bij deze operatie maken we een snede van ongeveer 1 tot 1,5 cm en snijden we 1 van de pulley’s open (pulley A1) om de pezen meer plaats te geven.

Deze pulley kan je zonder probleem missen, op voorwaarde dat de pulley A2 perfect intact blijft. De operatie duurt 5 tot 10 minuten en kan onder plaatselijke verdoving gebeuren. Na de operatie wordt bij de patiënt een beperkt verband aangelegd, dat onmiddellijke beweging toelaat. De symptomen van verspringen zouden meteen verdwenen moeten zijn. De pijn verdwijnt over het verloop van enkele weken. Na 2 weken mogen de hechtingen verwijderd worden.